zondag 21 april 2013

Net

‘Graag’ is niet het enige venijnige woordje om te vertalen. ‘Net’ is er nog zo een. We gebruiken het op heel veel manieren. Ik wil het hier hebben over ‘net’ om het recente verleden uit te drukken. Dus bijvoorbeeld: Ik heb net gehoord dat hij zijn auto niet zal verkopen.

Wij zijn geneigd om in dit soort zinnen juste te zeggen, omdat het lijkt op ‘zojuist’, maar het is niet correct en betekent vaak zelfs iets heel anders. In het bovenstaande voorbeeld betekent j’ai juste appris qu’il ne vendra pas sa voiture dat ik alleen maar heb gehoord dat hij zijn auto niet zal verkopen.
Om het recente verleden in correct Frans uit te drukken, kun je beter de constructie venir gebruiken. Dat is een beetje ingewikkeld, omdat venir (zonder de) ‘komen’ betekent. Venir de, daarentegen, heeft helemaal niets met ‘komen’ te maken. Het echte werkwoord volgt erna, in de infinitief.

‘Ik heb net gehoord dat hij zijn auto niet zal verkopen’ wordt op die manier: Je viens d’apprendre qu’il ne vendra pas sa voiture. Het hoofdwerkwoord in de zin is dus apprendre (horen, vernemen), dat in de infinitiefvorm blijft.
Ben je het spoor bijster? Hier nog een aantal voorbeelden, het is een kwestie van even wennen:
Il vient d’arriver – hij is net aangekomen
Ils viennent de partir – ze zijn net weg
Je viens de finir mon travail – ik heb net mijn werk af

Venir de is een zogenaamd modaal werkwoord en bestaat alleen in de prĂ©sent (tegenwoordige tijd) en de imparfait (onvoltooid verleden tijd). Nog een paar voorbeelden van de laatste: Ils venaient de partir – ze waren net weg; Il venait de m’appeler, quand … – hij belde me net, toen …

Le printemps vient d’arriver, profitons-en!